woensdag 27 mei 2009
Wild
Soms realiseer ik me maar half hoe wild ik eigenlijk ben.
Voor het Hemelvaartweekeinde reserveerde ik een camping in Zuid-Limburg. Een aardige camping, een familiecamping nog wel, niet te veel aangeharkt en gegarandeerd Conifeer-vrij. Geen zwembaden, geen animatie en zelfs geen verse broodjes in de ochtend. Maar wel met een echt NIVON-echtpaar als beheerders; hij op de kleine tractor om je je plaats te wijzen en zij met halve bril in de receptie achter het reserveringssysteem.
Op dag 1 beginnen we optimistisch, zo tussen twee niet al te lelijke campertjes ingeklemd.
Zo, nou heerlijk, mooi uitzicht hoor, daar achter het hek in de verte. Zo kind, ga maar fijn spelen, je mag hier overal zelf heen rennen. Fijn hè! Goh, het geeft wel rust, hè, dat je gewoon weet dat je hier de komende dagen zult staan. Ja, dit wordt dan gewoon je uitvalsbasis. Wist je dat ze bij de camping hiernaast pizza’s bakken die je kunt afhalen? Toch even kijken of we stroom hebben.
Volgende dag.
Nou, eigenlijk zijn we toch alleen maar op de camping om te slapen. Lekker de hele dag op pad! Ik pis effe in de struiken, hoor, geen zin om helemaal naar dat lelijke gebouw te lopen. Jemig, de buren zitten echt onafgebroken naar ons te staren, hebben ze niks beters te doen? Wil jij de plasemmer nu weer even legen? Ah, dag buurman, nee geen probleem, dan verschuiven we ons kleedje toch gewoon even als je hier wilt voetballen? He joh, volgens mij hebben de buren het over jouw hemdje; je hebt ook helemaal geen beha aan!
Volgende dag.
We rijden stilletjes weg van de camping, met nog een nacht tegoed in het reserveringssysteem. Nog geen kilometer verder rijden we een heuvel op en parkeren de camper in het boerenland. Pas als we uitstappen komt de twee dagen uitgestelde diepe ontspanning terug in onze lijven en geest. Het kind piept nog ‘Vindt de boer dit wel goed?’, maar wij horen het niet eens, rekken ons voldaan uit en zuigen onze longen vol verse lucht die ons frisser voorkomt dan zojuist op de camping.
Eindelijk wordt hier weer tegemoet gekomen aan vakantiewensen van grote mensen; rust, ruimte en vrijheid. Het betekent ook dat wij al die potentiële campingvriendjes van onze kleine mens moeten vervangen, maar dat hebben we er best voor over. Ervaring heeft ons weer moeten leren; we houden het meest van wild kamperen.
woensdag 20 mei 2009
Feestmuts
vrijdag 15 mei 2009
Concerteritus
Ik heb al twee weken last van de Concerteritus, overmatig concert-bezoek. Mijn vriendinnen noemen me rusteloos, maar ik maak gewoon graag wat mee. Beter rusteloos, dan een saaie doos. En okay, okay, ik vind het ook behoorlijk ondraaglijk om mijn favoriete artiesten zonder mij erbij te laten optreden, dat is toch ook naar hen toe niet erg aardig. Het staat ook zo slordig, zo’n lege plek in de zaal.
Vijf concerten; vijf compleet andere sferen. Twee keer exotisch met Ayo in Paradiso en met Sarah Tavares in het Muziekgebouw. Bij het laatste optreden bleef iedereen zo keurig op zijn stoeltje zitten, dat Sarah op een zeker moment bijna opdracht tot dansen gaf. Iedereen ging braaf staan en probeerde minimalistisch te dansen, zo tussen de eigen stoel en die van de rij voor ervoor. De muziek was ook een tikkeltje te zoetig, dus dat hielp om het minimalistisch te houden. Ik was geloof ik het meest onder de indruk van die reusachtige ramen van het Muziekgebouw na afloop; wat een uitzicht, wat een feest! Wist je dat er een verrekijker staat daarbuiten waar je geen muntje in hoeft te doen om toch te zien wat de gasten van Wilhelmina-Dok op hun bord hebben?
Dan Lucky Fonz III in Paradiso. Wat een held is die jongen! Hoe hij nonchalant zelf het voorprogramma komt afkondigen en daarbij nog rustig even de zaal doordrentelt voordat hij aan zijn eigen ‘show’ begint. Ah, daar is zijn tante Nel en zijn achternichtje Truitje en dan is ie ook nog zijn setlist vergeten. “Had ik een schriftje bij me toen ik opkwam?’ is zijn opening. In een afgeladen Paradiso! En dan gewoon de prachtigste liedjes eruit knallen; een gouden combi. Dat je in de wereld van de popmuziek die scheel ziet van de dikdoennerij je gewone zelf durft te zijn, vind ik ronduit ‘cool’. Ik heb dan ook juist van hem een poster gekocht, schaam ik me niks voor.
Ane Brun, Patronaat. Ane draagt een veel te kitscherig hesje met een vlinder in zwart en witte glimmende lovertjes. Ai, ai, dat doet pijn aan de ogen. Haar ‘band’ bestaat uit drie, minstens zo wanstaltig uitgedoste, dames die als engelenkoor fungeren. Ane noemt ze liever haar ‘diamonds’. En inderdaad, als je je ogen dicht doet is het prachtig. Ane is, ondanks hesje, gewoon een dijk van een muzikant die met haar Noordelijke klanken en ontwapende commentaar de zaal lekker warm speelt.
Voor PJ Harvey in Paradiso heb ik geen kaartje. Bij aankomst blijken er meer mensen te zijn met dit probleem. Ik stel mij centraal op met een bordje “Kaartje over?” en probeer er zo nonchalant mogelijk bij te kijken. Andere zoekenden knopen een gezellig mede-slachtoffer praatje met me aan en kopen vervolgens een ticket voor mijn neus weg. Gelukkig word ik snel assertiever en kom met veel ellebogen werk en voor een goeie prijs binnen in de kokende massa die geduldig wacht op Polly Jean.
Ze stelt niet teleur. De in driedelig gestoken en toch bijna bejaarde bandleden weten een prachtig Harvey decor te schilderen. Harvey zelf is best bizar, maar in haar eigenheid ook weer zo sterk. PJ Rocks. Dat wereldvreemde heeft ook een absolute aantrekkingskracht. Het keurige Britse accent tussen de nummers door blijft even wennen.
Ik ben voorlopig weer even uitgerockt. Hoewel, misschien kan ik een keer bij OOR solliciteren, dat levert het ook nog wat op. Over twee weken heb ik in elk geval weer een kaartje voor de kleine zaal Paradiso en verrek, wat zie ik nou, Rory Block speelt eind mei in P60…..
maandag 4 mei 2009
Op de koop toe
Geen ochtend sta ik uit vrije wil eerder op dan het licht. Kijk wel lekker uit. Ik beeld me graag in dat ik minstens negen slaapuren nodig heb om enigszins te functioneren. Natuurlijk is vroeg opstaan vooral een kwestie van gewenning, maar dat wil de schone slaapster in mij niet horen. Je kunt je dus voorstellen hoe Sig reageert als ik een keer per jaar uit vrije wil in het donker het bed uit sluip. Ze is verbijsterd. Vooral als je de reden kent; kraampjes en kleedjes vol met afgedankte rotzooi van anderen.
Koninginnedag is voor mij geen bier en vette hamburgers, maar tweedehands Cd’s, kleding en leuke-dingen-waarvan-ik-nog-niet-wist-dat-ik-ze-nog-niet-had. Dit jaar was ik zelfs te vroeg! Ik stond om half zes op de Apollolaan en het was nog te donker om te kunnen onderscheiden wat er op de kleedjes lag! Wel amuseerde ik me kostelijk met de talrijke scheldpartijen om mij heen tussen onuitgeslapen mensen die meenden met tape hun plekje te hebben gereserveerd en nu iemand anders serviezen en teenslippers op HUN plekje zagen uitpakken. De politie had het er maar druk mee. Gemoedelijk is anders. Het beschaafde van Zuid was natuurlijk altijd al een dun laagje vernis.
Toen het licht werd kwam iedereen tot bedaren en kon ik met een stevige tred en een geoefend oog de kraampjes langs. Heerlijk; struinen! Mensen om mij heen die niets vermoedend hadden geopperd mij te vergezellen had ik botweg afgewezen; deze dag ben ik gezellig alleen en laveer ik ongehinderd van kraam naar kraam. Ieder jaar denk ik ‘nou, dit jaar is het aanbod toch wel mager’ en ieder jaar sjouw ik rond het middaguur weer met drie volle tassen rond. Koninginnedag bestaat uit tradities.
Merkwaardig ook hoe al die uitgegeven eurootjes samen dan toch een astronomisch bedrag kunnen vormen. Zo sprak mijn vriend in designbloes altijd al; ik koop gewoon één bloes van 100 euro, waar jij 50 bloesjes van 2 euro koopt. Wie is hier nou goedkoop uit, wie is hier nou duurzaam? Om over gebrek aan kastruimte maar niet te spreken. Zuchtend constateerde ik dan ook aan het einde van de middag dat die geinige retro-tassen slechts 2 euro waren; daar kan je ze toch niet voor laten liggen. Uit de doos waar met grote letters GRATIS op stond stak ook nog een heel aanlokkelijke schoudertas, met alleen maar een kapotte rits. Mee naar huis dus.
Bij het uitstallen van de buit thuis op de tafel, een ritueel bijna net zo hemels als de strooptocht zelf, inspecteerde ik de kapotte rits van de gratis tas. In het vak zat 35 euro. Gratis tas met bonus op de koop toe! Vast een tegemoetkoming in mijn ongebreidelde spendeerdrang. Kwantumkorting van alle verkopers samen. Verkopers, langs deze weg, bedankt!
Abonneren op:
Posts (Atom)