donderdag 4 februari 2010

In der Schweiz




Op weg naar de bruiloft van P. & W. in Zwitserland gaat het op de Amsterdamse ring al mis. Reisgenoot M. blijkt zijn bruiloftspak thuis te hebben laten liggen! We zijn dan al helemaal aan de andere kant van de ring om onze bijrijder M. op te halen. Als we alle spullen hebben ingeladen van onze bijrijder in Oost, zit ons kleine autootje propvol. Alles past er NET in. Denk ik. Niet dus. Als ik de achterklep dicht doe, breekt mijn geleende skistok. Reisgenoot M. springt ondertussen nerveus rond de auto. Hij wil toch wel graag terug naar huis om zijn pak op te halen. Heeft hij toch niet voor niets vanochtend om 05.30 uur staan strijken.

‘Raststättes’ zijn leuke dingen. We maken er een sport van om de meest ‘foute’ te vinden. Toch belanden we steeds weer in een net iets te moderne om fout te zijn en een net iets te ouderwetse om echt leuk te zijn. Van andere Nederlandse bruiloftgangers op dezelfde snelweg krijgen we ondertussen SMSjes dat zij al wel in een goed foute Raststätte op een originele Bockwurst aan het knagen zijn. Reisgenoot M. krijg je niet klein. Hij heeft een nieuwe slogan. Minstens een keer per tien minuten roept ie: ‘Riesen Vette ScheiBe!’. Bij de Tankstelle kopen we bijna een sticker met twee billen en een wolkje met daardoorheen een groot rood kruis; hier geen scheten laten! Hersenen hebben ook wel eens behoefte aan vakantie.

‘Frau Becker’, die normaal de navigatie verzorgt, is blijkbaar ook even met vakantie. Ze brengt geen woord uit. Bijrijder M. heeft gelukkig thuis op google maps onze reis op de computer al gemaakt. Vier handgeschreven kantjes routebeschrijving heeft ze op haar schoot. Vindt ze leuk. Zij weet, ook in het donker, feilloos of we door bosgebied rijden of wellicht langs een meer. Ondanks haar nachtblindheid en haar AbFab-zonnebril lootst ze ons veilig naar het chalet waar we het bruiloftsweekend zullen doorbrengen.

Het weekend verloopt zonder noemenswaardige problemen. De Nederlanders leren kaasfonduen van de Zwitsers, de ceremoniemeester loopt chronisch te klingen met een grote koe-bel teneinde weer een volgende huishoudelijke mededeling in vier talen te doen, het bruidspaar zegt gewoon ‘ja’ en de bruid zingt zelfs nog een lied voor de bruidegom. Er zijn heuse alpenhoorns, tweestemmig gezang en de boxen voor het discofeest zijn te klein voor een discofeest. Iedereen is lief, iedereen blijft lekker slapen en iedereen snurkt gewoon door het babygehuil heen. Het arme bruiloftspaar slaapt in een stapelbed.

Aan het einde van het weekend helpt de bruidegom zelf met het omdoen van de sneeuwkettingen. Iedereen moet weer naar Nederland en daartoe eerst nog met de auto een steile heuvel op. Reisgenoot M. en ik hebben nog een paar dagen in een skigebied tegoed: ‘Riesen Vette ScheiBe!’.

Ons nieuwe skidorp blijkt helemaal sjiek met ski-jassen van 1000 euro in de etalages. Reisgenoot M. snowboart anders gewoon in zijn ecologische hennepjasje en zijn Zeeman skibroek. Ook ik heb als tegenreactie mijn jaren ’80 skischoenen van huis meegenomen. Nog voor ik een voet op de piste heb gezet, nota bene in de winkel waar we ski’s huren, breekt mijn skischoen op het trapje helemaal doormidden. Het uiterst coole personeel in de winkel kijkt me aan met een meewarige blik van ‘als we het niet dachten’ en kunnen gelijk weer een paar supersonische skischoenen aan me verhuren.

Het sneeuwt en sneeuwt. We zien niks op de piste. Ook niet door onze dubbelbeglaasde, ademende en met bolle lens uitgevoerde brillen. We vallen en vloeken. Want vloeken is een mensenrecht, vindt M. In de skilift luister ik gesprekken af van Nederlanders die niet weten dat ik ook een Nederlander ben.

In ons huisje draaien we dansplaatjes, zitten in bad en oefenen met kaasfonduen. We laten ons langzaam insneeuwen, totdat het tijd is om nu toch echt te vertrekken. We graven onszelf uit en verlaten op winterbanden in de sneeuw stilletjes de Alpen. Riesen Vette ScheiBe.

Geen opmerkingen: