zondag 24 oktober 2010

Mannen met baarden



Mannen met baarden hebben het moeilijk de laatste jaren. Vooral als ze er een Djellaba bij dragen of zich overduidelijk dichtbij een moskee ophouden. Toch ken ik een plek waar de man met de baard mij een warm gevoel bezorgd; bakker ‘Mediterrane’ aan het einde van de Haarlemmerdijk.

Al jaren wordt deze drukbezochte bakkerij gerund door een aantal – naar ik vermoed Marokkaanse –mannen met baarden, die goedgeluimd allerhande spijzen verkopen. Een heel divers assortiment puttend uit de patisserie-traditie van Lille tot aan Agadir. Dus wel een Franse ‘Flan’, maar geen Moorkop. Geen Duits zuurdesem, maar wel plat Marokkaans brood.

Vorige week stapte ik er sinds lange tijd weer eens binnen. Mijn ex, die daar om de hoek woonde, is verhuisd, dus ik kan weer mij weer vrijelijk begeven in haar oude zône. Met het binnenstappen van de winkel, door honger gedreven, herinner ik mij weer de goede sfeer die je als een warme Sahara-wind op een regenachtige herfstdag tegemoet waait.

Ik nestel mij aan een van de eenvoudige tafeltjes achter in de winkel en bestel een traditionele muntthee (anders dan hippe muntthee) bij mijn warme quiche. Buiten is het koud en binnen komen er steeds meer Marokkaans sprekende mannelijke klanten aan de tafeltje zitten. Het Arabisch dat wordt uitgewisseld tussen de klanten en de mannen met baarden achter de toonbank, geeft mij het gevoel op een zonovergoten dorpsplein in Meknès te zijn beland. Ook de muntthee helpt hierbij.

Wat zit ik hier knus, tussen al die ‘enge’ moslimmannen! Niks geen broeierige blikken naar mij, een blonde vrouw alleen aan een tafel. Aan de muur hangen portretfoto’s van de klanten; geen blije Benetton-foto’s, maar een mooie dwarsdoorsnede van de Amsterdamse bevolking. Er hangen mensen van werkelijk alle soorten, kleuren en leeftijden.

Ik besef ineens dat in onze zogenaamde multiculti-stad maar bitter weinig plekken zijn waar het lukt om een goeie mix van mensen te trekken. Zo’n mix waarbij je je op je gemak voelt. Ik zou niet snel neerploffen in een gemiddeld Turks theehuis om een potje mee te kaarten met de mannen. Net zo min als een gesluierd Marokkaans meisje snel een echte Amsterdamse bruine kroeg in zou stappen (ikzelf trouwens ook niet, bij nader inzien). Met moeite kom ik, denkend aan een gemêleerd klantenbestand, op De Ponteneur in Oost en misschien Podium Mozaïek in West. Een schrale oogst voor een stad waar zoveel verschillende mensen wonen.

Hier in Bakkerij Mediterrane is die mix zo vanzelfsprekend, dat het bijna weer op gaat vallen, denk ik, als ik buiten in de gure wind op één been probeer mijn regenbroek aan te trekken.

Geen opmerkingen: