‘Alles doet het nog, alles doet het nog,’ zingen de vier helden uit de Nederlandse popgeschiedenis in De Kuip. Een nummer van hun ‘laatste’ CD Klaar. Klaar zijn ze er blijkbaar nog niet echt mee. Doe Maar doet het gewoon weer; 7 jaar na hun eerste reünieconcerten geven ze er nog twee in De Kuip.
Ik miste het 7 jaar geleden, maar nu ben ik erbij; mijn eerste Kuip-concert. En ik vind het ontroerend. Die mannen die 25 jaar meer leven in hun kop en lijf hebben zitten dan toen en toch gewoon weer diezelfde liedjes staan te spelen. Henny nog veel meer de aanvoerder dan ik me kan herinneren; zijn fonkelende ogen staren het publiek aan vanaf het megascherm. Wauw, dat is beslist geen uitgebluste zestiger. En Ernst, nog steeds een hoog knuffelgehalte en zeker ook charisma. Dat in tegenstelling tot Jan de gitarist, die maar een beetje zijn slagjes slaat in het midden van het podium en de andere Jan, stilletjes achter het drumstel. Ernst zingt ‘Je bent ineens geen kind meer, maar zo mooi, en minstens zeventien’. De dochter (zijn dochter?) van het meisje waar hij dit ooit voor schreef zit in de zaal. Dat is de volgende generatie, maar onze helden gaan daar niet onder gebukt. Deze mannen dragen hun jaren in stijl.
Punkers die te jong zijn voor Doe Maar, lopen toch met hanenkammen in Skunkkleuren. Het publiek is enorm gemêleerd en zoveel beleefder dan tijdens het gemiddelde avondje Paradiso! Hoera voor de provincie! We dansen op ‘Sinds 1 dag of 2’ en luisteren naar de klassieke tekst van ‘Nederwiet’. Iedereen kent de teksten en ik voel me zelden zo Nederlands als tussen die 50.000 mensen in de Kuip, die allemaal hetzelfde cultuurgoed delen. Doe Maar zingt ‘Dit is de laatste x’ en Henny zegt dat hij dat niet kan beloven. Niemand zou hem toch meer geloven. Ze blijven spelen tot hun 85e! Zo herken je echte helden.
Ik miste het 7 jaar geleden, maar nu ben ik erbij; mijn eerste Kuip-concert. En ik vind het ontroerend. Die mannen die 25 jaar meer leven in hun kop en lijf hebben zitten dan toen en toch gewoon weer diezelfde liedjes staan te spelen. Henny nog veel meer de aanvoerder dan ik me kan herinneren; zijn fonkelende ogen staren het publiek aan vanaf het megascherm. Wauw, dat is beslist geen uitgebluste zestiger. En Ernst, nog steeds een hoog knuffelgehalte en zeker ook charisma. Dat in tegenstelling tot Jan de gitarist, die maar een beetje zijn slagjes slaat in het midden van het podium en de andere Jan, stilletjes achter het drumstel. Ernst zingt ‘Je bent ineens geen kind meer, maar zo mooi, en minstens zeventien’. De dochter (zijn dochter?) van het meisje waar hij dit ooit voor schreef zit in de zaal. Dat is de volgende generatie, maar onze helden gaan daar niet onder gebukt. Deze mannen dragen hun jaren in stijl.
Punkers die te jong zijn voor Doe Maar, lopen toch met hanenkammen in Skunkkleuren. Het publiek is enorm gemêleerd en zoveel beleefder dan tijdens het gemiddelde avondje Paradiso! Hoera voor de provincie! We dansen op ‘Sinds 1 dag of 2’ en luisteren naar de klassieke tekst van ‘Nederwiet’. Iedereen kent de teksten en ik voel me zelden zo Nederlands als tussen die 50.000 mensen in de Kuip, die allemaal hetzelfde cultuurgoed delen. Doe Maar zingt ‘Dit is de laatste x’ en Henny zegt dat hij dat niet kan beloven. Niemand zou hem toch meer geloven. Ze blijven spelen tot hun 85e! Zo herken je echte helden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten