zondag 14 juni 2009

Bulgaars haar


Ik heb eindelijk de oplossing voor een al lang bestaand probleem. Ik kan niet goed kletsen met mijn kapper. Hoewel ik best aardig kan kletsen, en ook kappers daar over het algemeen niet vies van zijn, wil het gesprek tussen mij en de kapper maar niet vlotten.

Ik heb al heel wat kappers versleten; iedere keer als het haar mij boven het hoofd groeit ga ik zuchtend weer op zoek naar een nieuwe. Ooit ging ik voor dure en hippe kappers. Daar bleek de voertaal Engels en mijn haar na afloop niet eens zo hip, dus daar ben ik mee gekapt. Ook liet ik mij een tijdje knippen door een coole gast in een surfshop, die met zijn junglebroek en blote bast in een onverstaanbaar Amsterdams met zijn maten zat te ouwehoeren terwijl hij mij knipte. Starend in de spiegel naar mijn bleke hoofd, mijn wallen en droevige natte haren voelde ik mij verre van cool en de communicatie tussen mij en de surfdude kwam niet op gang.

Na een tip kwam ik terecht op de Rozengracht, bij een zaakje die alle landen van het Midden Oosten met elkaar verenigt. Werelvrede begint op de Rozengracht. De eigenaar is, geloof ik, een Koerd en in de zaak werken Turken, Iraniërs, Irakezen en andere Baklava consumerende oorden. Ik word daar niet alleen blij van de prijs die ik moet betalen na afloop en de lolly die er wordt uitgedeeld, maar ook van de culturele mix. Het blijkt niet veel uit te maken door welk ‘land’ je wordt geknipt; je haar zit altijd wel okay en het gesprek met de kapper is een variatie op ‘Waar kom je oorspronkelijk vandaan?’ ‘Oh, leuk, daar ben ik wel eens/nog nooit geweest’. Punt.

In deze zaak is het mij wel overkomen dat een kapper zich met grootse gebaren enorm ging uitleven op mijn kapsel; hij deed een soort Hans Klok imitatie waarbij hij, soepel jonglerend met kammen en scharen een ware knipshow ten beste gaf, met opstuivend haar en wilde bewegingen. De klant wil toch waar voor zijn/haar 10 euro, moet hij gedacht hebben. Ook vragen ze hier na afloop standaard of ze je wenkbrauwen even zullen doen. Wanneer je niet begrijpend je wenkbrauwen optrekt, leggen ze geduldig uit dat ze ‘wilde’ wenkbrauwen graag even zouden fatsoeneren. Laat dat nou net het enige schoonheidsadvies zijn dat mijn moeder mij ooit meegaf - kind, laat nooit wat aan je wenkbrauwen doen- dus ferm schud ik van ‘nee’. Gelukkig hebben ze nog nooit gevraagd of ze mijn oorhaar mogen bijwerken.

Gister had ik haast en moest nodig geknipt. In paniek rende ik een zaak binnen op de Jan Pieter Heije. Ik kon meteen doorrennen naar de wasbak. De baas van de zaak kwam vragen hoe ik geknipt wilde worden en vertaalde dat naar het Turks voor degene die mij ging knippen. ‘Oh, leuk Turkije’, zei ik, ‘daar ben ik wel eens geweest’ en begon verschillende Turkse steden op te noemen. De kapper keek mij mij via de spiegel geïrriteerd aan en zei nors; ‘Bulgaria’. Er daalde een rust over ons neer. Ik spreek geen Turks, laat staan Bulgaars en hij geen Nederlands en ook geen Engels. Heerlijk. Alleen toen hij mij als toetje een kwartier Bulgaars ging föhnen vond ik het lastig om mijn protest over te brengen. Dus liep ik naar buiten met Bulgaars haar. Maar ach, even onder de kraan en je ziet er niets meer van.

Geen opmerkingen: